Monday, May 28, 2007

Ervaringen met Postmerger Integration (m.n. de integratie van ICT)

Na 3 jaar betrokkenheid bij de postfusie-integratie van UWV zie ik interessante parallellen met een andere integratie (AMEV Verzekeringen en Stad Rotterdam Verzekeringen) die ik van nabij leerde kennen.

In deze gevallen is sprake van fuserende bedrijven die met dezelfde produkten dezelfde markt bedienen. Hun geautomatiseerde systemen moeten dus ongeveer hetzelfde doen.
Bij een fusie van vergelijkbare bedrijven zijn er t.a.v. de ICT-systemen twee voor de hand liggende keuzes.
a. Het systeem van één fusiepartner wordt ook ingevoerd bij de andere partners. Het criterium voor deze keuze zou moeten zijn de kwaliteit van het systeem. Maar het zal geen verbazing wekken, dat de machtsbalans binnen het gefuseerde bedrijf grote invloed heeft op deze keuze.
b. Er wordt gekozen voor nieuwbouw van systeem. De reden voor deze keuze kan zijn, dat de oude systemen niet worden gewaardeerd en dat de fusie een goed moment is om vernieuwing door te voeren. De reden kan ook zijn, dat de keuze voor één van de bestaande systemen politiek te gevoelig ligt.

Achtereenvolgens zal ik mijn observaties bij Fortis ASR en bij UWV beschrijven.

In 1997 nam Fortis de ASR-verzekeringsgroep over (Amersfoortsche Verzekeringen, Stad Rotterdam en Woudsend Verzekeringen). Fortis voegde AMEV Verzekeringen en ASR samen tot één verzekeringsgroep. Het kleinere ASR kreeg daarbij in eerste instantie de leiding en besloot de ICT-systemen van AMEV te negeren en nieuwbouw te plegen. Deze nieuwbouw zou na afronding de verzekeringsportefeuilles van AMEV en ASR in zich opnemen. Zeven jaar later, in 2004, en vele euro’s later werd deze nieuwbouw-operatie gestopt om alsnog te kiezen voor de opname van alle verzekeringsportefeuilles in de oude systemen van AMEV.
Aanvankelijk koos men dus voor bovengenoemde keuze b), later ging men alsnog over op keuze a).

In 2002 werden 5 UVI’s (Uitvoeringsinstelling Sociale Zekerheid) samengevoegd tot UWV. Deze UVI’s voerden de WW, de WAO en de Ziektewet uit voor verschillende sectoren van het Nederlandse bedrijfsleven. (Cadans voor de zorg en detailhandel, SFB voor de bouw, GUO voor de landbouw, USZO voor de ambtenaren en GAK voor de overige sectoren).
Bij UWV werden zowel keuze a) als keuze b) ingezet. Voor de claimsystemen van WW en WAO kwam er een zogenaamde convergentiestrategie. Zo zouden de 5 systemen voor WW en WAO stap voor stap worden teruggebracht naar uiteindelijk 1 van de bestaande systemen. In 2007 zijn er nog 3 (GAK, USZO, SFB)en vervolgstappen worden gepland.
Voor de Werkgeversadministraties werd gekozen voor nieuwbouw. Het nieuwe systeem Polis wordt beheerd door UWV maar ook gebruikt door de Belastingdienst, die de premieheffingstaken heeft overgenomen van UWV.
Het nieuwe Polissysteem is in de loop van 2006 te laat opgeleverd en bezweek onmiddellijk onder een te grote complexiteit. Ter wille van de continuiteit van de business worden de business-operaties uitgevoerd door eenvoudigere fallbackvarianten en door de oude systemen.

Conclusies: De nieuwbouwvariant is bij Fortis ASR mislukt, waarna alsnog werd teruggeschakeld naar keuze a). Een langdurig en kostbaar traject.
Bij UWV zijn beide varianten gekozen. Beide hebben voortgang geboekt, maar beide hebben veel tijd en gekost zonder al volledig gereed te zijn gekomen.Waarbij aangetekend kan worden, dat de nieuwbouw de grootste businessrisico's heeft opgeleverd.

Zowel bij UWV als bij Fortis ASR heeft men ervaren, dat te optimistische nieuwbouw grote risico’s oplevert. Dankzij oude systemen en terugvalsystemen werden deze risico’s beheerst, zodat de minder geslaagde nieuwbouw de continuiteit van de business niet kon bedreigen.