Wednesday, June 27, 2007

Actuariëel opleidingsland: Een nieuwe opleiding en een afscheid

19 juni 2007 was er in Woerden bij het Actuariëel Instituut (AI) de jaarlijkse bijeenkomst van vakgroepvoorzitters en examencommissie-voorzitters. Als voorzitter van de vakgroep Informatica gaf ik daar acte de présence. Hoofdonderwerp was een presentatie van de werkgroep, die een voorstel deed voor vernieuwing van de beroepsopleiding Actuaris AG. (Het AI biedt o.a. opleidingstrajecten aan voor Rekenaar, Actuariëel Analist en de topopleiding tot Actuaris AG.) Waarom deze vernieuwing? Daarvoor moeten we terug naar 2004. Toen heeft de beroepsvereniging van actuarissen, het Actuariëel Genootschap, een onderzoek ingesteld naar de toekomst van de beroepsgroep. Eén uitdagende conclusie luidde: ‘Een Actuaris op de oude leest geschoeid, overleeft de ontwikkelingen in de financiële sector niet.’

De vakgroep Informatica is verantwoordelijk voor 1 Rekenaarmodule (RE9 Informatica) en 2 Analistmodules (AN2 Automatisering en verzekeringsmanagement; AN18 Kwantitatieve Methoden-Simulatie). En was tot op heden dus niet betrokken bij de opleiding Actuaris AG, de AG-modules. Dat kan nu anders worden.

Het voorstel voor de nieuwe opleiding Actuaris AG betekent een indeling in 3 fasen: Schakelprogramma, Actuarial Control Cycle en Specialisatie Risicogebied. Zonder het voorstel hier uitputtend te behandelen moet worden vermeld, dat het qua karakteristiek recht doet aan externe ontwikkelingen.
1. Het schakelprogramma zorgt ervoor, dat diverse instromen goed kunnen worden opgevangen. Dit is een maatwerkonderdeel.
2. De Actuarial Control Cycle is voor iedereen gelijk en daar zullen de cursisten in teams praktijkgericht studeren.
3. Specialisatie Risicogebied is weer maatwerk en doet recht aan de trendonderzoeken, waarin is geconstateerd, dat er niet meer één soort actuaris is, maar dat de actuaris in diverse rollen en specialisaties zal opduiken.
Voor de vakgroep Informatica betekent het voorstel, dat anders dan vroeger de vakgroep ook betrokken raakt bij de opleiding Actuaris AG, omdat de modules van de vakgroep nadrukkelijk worden genoemd in het schakelprogramma.

De volgende dag op 20 juni 2007 was er in Amsterdam bij de UvA het afscheid van prof. dr. Henk Wolthuis

Professor Wolthuis is een pionier en een boegbeeld van de actuariële opleiding in Nederland.
Ik had zelf maar kort met hem te maken, namelijk toen ik voor het Actuarieel Instituut in 1998 de voorbereidingen trof voor de opzet van de nieuwe module AN18 Kwantitatieve Methoden.
Maar mijn goede vriend Willem Jan Willemse, organisator van de afscheidsdag, was niet vergeten mij uit te nodigen. Een uitnodiging waarop ik graag ben ingegaan door een deel van het seminar bij te wonen.
Na de opening door de dekaan van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde was de eerste lezing “Wat kunnen we leren van de accountantsopleiding? De accountantsopleiding in historisch perspectief.”
De accountantsopleiding is algemeen erkend als een hoogwaardige opleiding tot professional. Een opleiding ook, die door de jaren heen hoge eisen stelt aan de deelnemers. Ik was benieuwd in hoeverre deze opleiding ook bepaalde ondersteunende vakken een belangrijke plaats toekent. Dat komt voort uit mijn ervaring (sedert 1996) bij de actuariële opleiding, dat een ondersteunend vak als Informatica vooral vanuit de studenten sterk onder druk staat. (Waarom moeten we dat weten? Ik vind het niet nodig voor mijn dagelijks werk. Etc.)
Deze zorg van mij kwam niet aan de orde, maar desondanks vond ik de presentatie interessant.

Professor Philip Wallage RA presenteerde het onderwerp. In 1922 werd de accountantsopleiding gestart door Limperg. (Een bekende naam die voortleefde van Moret&Limperg naar Moret Ernst&Young naar EY.) Er was behoefte om dit beroep naar academisch niveau te tillen zoals bij de maatschappelijke beroepen van advocaat en notaris reeds het geval was.
Verschillende verenigingen beconcurreerden elkaar en de roep om een wettelijke regeling groeide. En die kwam er in 1962. Daarin werden de eindtermen bepaald en werd ook het toezicht geregeld via het Examenbureau Register Accountants, EBRA.
In 1984 ontwikkelde het beroep zich verder, toen er een europese richtlijn kwam voor accountantscontrole. Na het Enron-debakel in 2001 was er toenemende vraag naar verscherpt toezicht. In 2006 kwam er in Nederland nieuwe wetgeving via de WTA, Wet Toezicht Accountancy. Het toezicht werd belegd bij de AFM en een commissie eindtermen accountancy (CEA) werd verantwoordelijk voor accreditatie van opleidingen en toezicht op stages en buitenlandse beroepsbeoefenaren; de betrokkenheid van de beroepsvereniging NIVRA werd daarmee losgemaakt. (Noot: Voor de actuariële beroepsgroep worden de normen nog steeds door de beroepsvereniging gesteld en gehandhaafd. De vraag komt op wanneer men voor deze beroepsgroep ingrepen van wetgever en toezichthouders kan verwachten.) De parallel is m.i., dat een hoogwaardige beroepsopleiding steeds verder evolueert vanwege de plaats van het beroep en dat daardoor ook vanuit maatschappij en overheid ingrepen en regelgeving te verwachten zijn.
Interessant was ook het gegeven, dat gestreefd wordt naar opleiding van Basis Registeraccountants die zich vervolgens op bepaalde terreinen specialiseren c.q. differentiëren. Dat bevordert een kortere studieduur. En deze gedachten sporen weer geheel met gedachten die leven bij de vernieuwing van de opleiding Actuaris AG! Waarmee de cirkel van dit artikel rond is……